Website van $boomnaam$
Besseltje Hendricks
Besseltje Hendricks ,
geb. in 1670 te Huijsen,
ovl. op 09-03-1731 te Huijsen; DTB-20,
begr. op 15-03-1731 te Huijsen; DTB-13-Begraven-Impost: f 3,-,
, -
ORA-184-3177; 29-06-1714: Akte van bewijs. Besseltje Hendricks weduwe van Harmen Aertsz, nalatende gezamenlijke kinderen, wenst een 2e huwelijk aan te gaan, is overeengekomen met de voogden Jacob Brantsz en Cornelis Dircksz, de / van seecker
huijs gelegen in 't dorp en de wollen klederen die ten Lijve van de voorsz: Harmen Aertsz sijn behorende geweest. opvoeding
-
ORA-184-3218A054; 23-04-1728: Testament. Jacob Harmensz en Besseltje Hendriks, egtelieden wonende tot Huijsen, sijnde de eerste comparant onpasselijk te bed leggende; hebbende gesamentlijke kinderen.
Eerstelijk testateur aan sijn 3 voorkinderen verwekt aan Ariaantje Lambertsz Brasser: f 20/kind
Testatrice aan haar voorkinderen verwekt aan wijlen Harmen Aartsz; reeds afgewikkeld. enz
-
ORA-184-3178; 01-02-1732: tot voogden over de minderjarige kinderen van Besseltje Hendriks werden gestelt Jacob Wijgertsz Bakker en Aart Cornelis Aartsz
.

tr. (1) op 19-11-1694 te Huijsen
met

Harmen Aertsz Swart, zn. van Aert Cornelisz en N1 Harmens Schram,
geb. in 1670 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1697-52,
Zie doop Tweeling 18-01-1750,
ovl. op 14-04-1712 te Huijsen; Koptienden Laatste: 1720-31,
begr. op 14-04-1712 te Huijsen; DTB-12-Begravn-Impost: Pro Deo,
, -
HARMEN AARTSZ / AARDSZ
Huizen Koptienden (1697-52 1720-31):
1695-35: v. weeskinders v. Aert Cornelisz 1 Spt 1/4
1698-52: op Cornelis Ceelewigh 2 cop 1/2
- Situatie: 5 cop 3/4
1700-52: op Jannetje Aerts 3 cop 3/4
- Situatie: 2 cop
1713-35: v. Hendrick Jansz Rot 7 cop 5/8
- Situatie: 1 Spt 1 cop 5/8
1720-31:opJacob Harmensz (Schram) 1 Spt 1 cop 5/8
1725-31: Sluijen sinds 1721
- Nota Jacob Harmus heeft de weduwe van Harmen Aartsz
- Woont op 't Sloth
-
Huizen-DTB-19-Lidmaten-1708; Onder Eijnde; Harmen Aartsz en Besseltien Hendricks, echteluijden
-
Huizen-DTB-5A-Lidmatenregister; 08-07-1708: aangenomen op Belijdenis: Besseltien Hendricks (huijscr. van Harmen Aartsen)
-
ORA-184-3176; 30-09-1712: Tot voogden over de nagelaten kinderen van Harmen Aertsz verwekt bij Besseltje Hendriks werden gestelt Jacob Brantsz en Cornelis Dirksz
-
ORA-184-3177; 29-06-1714: Akte van bewijs. Besseltje Hendricks weduwe van Harmen Aertsz, nalatende gezamenlijke kinderen, wenst een 2e huwelijk aan te gaan, is overeengekomen met de voogden Jacob Brantsz en Cornelis Dircksz, de / van seecker
huijs gelegen in 't dorp en de wollen klederen die ten Lijve van de voorsz: Harmen Aertsz sijn behorende geweest. opvoeding
-
ORA-184-3218A054; 23-04-1728: Testament. Jacob Harmensz en Besseltje Hendriks, egtelieden wonende tot Huijsen, sijnde de eerste comparant onpasselijk te bed leggende; hebbende gesamentlijke kinderen.
Eerstelijk testateur aan sijn 3 voorkinderen verwekt aan Ariaantje Lambertsz Brasser: f 20/kind
Testatrice aan haar voorkinderen verwekt aan wijlen Harmen Aartsz; reeds afgewikkeld. enz
-
Huizen-DTB-2A-Dopen; 18-01-1750: Matje en Aartje; vader: Hendrik Harmensz Swart, moeder: Gerritje Dircks Reijne; dgt.: Niesje Zwart
.

Uit dit huwelijk:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Geen*1696 Huijsen    
Swaantien*1697 Huijsen †1760 Huijzen; <= 1764 63
Aart*1699 Huijsen  Huijsen; <= 1701  
Aardt*1701 Huijsen    
Niessien*1703 Huijsen    10 
Aaltien*1706 Huijsen    
Hendrick*1709 Huijsen  Huijsen; <= 1710  
Hendrick*1710 Huijsen †1780 Huijsen; Impost: f 3,- 70

tr. (2) op 15-01-1713 te Huijsen
met

Jacob Harmensz Schram, zn. van Harmen Jacobsz en Bijtien Gijsberts Ouwen-Aller van,
geb. op 01-07-1676 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1720-31,
ged. Gereformeerde Gemeente op 01-07-1676 te Huijsen,
ovl. op 25-01-1742 te Huijsen; Koptienden Laatste: 1742-31,
begr. op 25-01-1742 te Huijsen; DTB-13-Begraven-Impost: f 3,-,
, -
JACOB HARMENSZ / HARMSE SCHRAM
Huizen Koptienden (1720-31 1742-31):
1720-31: v. Harmen Aertsz 1 Spt 1 cop 5/8
1721-31:Romijns op Numeriek Er Staat: 1 Spt 1 cop 3/4
1723-31: v. Lambert Killewigh 1 Spt 3 kop
- Situatie: 2 Spt 4 cop 3/4
1725-31: betaalt de SLUIJEN v. Harmen Aertsz
- v. Harmen Aertsz 1 Spt 1 cop 3/4
- Situatie: 3 Spt 6 cop 1/2
1729-31: erft v. Harmen Jacobsz 4 cop 1/2
- - op Rut Jansz Perck 2 cop
- Situatie: 4 Spt 1 cop
1730-31: + SCHRAM
- v. Lambert Pietersz Snijder 2 cop 1/2
- Situatie: 4 Spt 3 cop 1/2
1740-42-bis: v. Rijck Hendricksz (Kruijmer) 1 cop
- Situatie: 4 Spt 4 cop 1/2
1742-31: gehele post te verboeken:
- op Gerrit Jacobsz Snijder 1 cop 1/2
- op Isaack Willemsz Spilt 1 cop 1/2
- op Flip Harrevelt 6 cop
- op Willem Willem Teeuwisz 3 cop
- op Jacob Wijgertsz Backer 4 cop
- op Hendrik Lubbertsz Bakker 6 cop
- op Jan rigters 3 cop
- op Jacob Claas Jongerden 1 Spt 3 cop 1/2
-
JACOB HARMENSE SCHRAM WONENDE TOT HUIJSEN
Blaricum Koptienden (1730-57 > 1835-95):
1730-57: v. Lambert Pietersz te Huijsen 0 cop 3/4
1800-77: Sluij van 1739 tot nu toe Situatie: 0 cop 3/4
1800-77: JAN Harmsz Schram te Huijzen
t/m 1835-95: Sluij 1739 Situatie: 0 kop 3/4
-
Huizen-DTB-12-Impost op Trouwen; 22-04-1702: Jacob Harmensz sullende trouwen met Ariaentje Lamberts van blaricum sigh aengegeven: Pro Deo
-
Huizen-DTB-3A-Trouwen; 07-05-1702: Jacob Harmensen j.m. van Huijsen en Adriaantien Lamberts j.d. van Blaricum
-
Huizen-DTB-3A-Trouwen; 15-01-1713: Jacob Harmensz weduwenaar van .. met Besseltje Hendriksz weduwe van Harmen Aertsz, van Huijsen
-
ORA-184-3218A054; 23-04-1728: Testament. Jacob Harmensz en Besseltje Hendriks, egtelieden wonende tot Huijsen, sijnde de eerste comparant onpasselijk te bed leggende; hebbende gesamentlijke kinderen.
Eerstelijk testateur aan sijn 3 voorkinderen verwekt aan Ariaantje Lambertsz Brasser: f 20/kind
Testatrice aan haar voorkinderen verwekt aan wijlen Harmen Aartsz; reeds afgewikkeld. enz
-
ORA-184-3178; 08-02-1731: Extraord: Regtdag in cas van preferentie en concurrentie over den insolvente boedel van Harmen Tijmensz. Volgt een lange opsomming eijsscher/gedaagden:
- Jacob Harmensz Schram CONTRA gemeene Crediteuren voor f 18
-
ORA-184-3178; 01-02-1732: tot voogden over de minderjarige kinderen van Besseltje Hendriks werden gestelt Jacob Wijgertsz Bakker en Aart Cornelis Aartsz
-
Huizen-DTB-3A-Trouwen; Ondertrouw: 23-03-1732: Jacob Harmsze (Weduwenaar) van Besseltje Hendrix met Beijtje Gerrits (Wed.) van Isaac Volkensz getrouwt den 30-03-1732
-
Huizen-DTB-13-Impost op Trouwen; 14-03-1732: Jacob Harmensz met Bijtje Gerrits onder de Classis van f 3,-: f 6,-
-
ORA-184-3219; 16-04-1734: Rut Jansz Timmer (63) regerend schepen deses dorps, Jacob Wijgertsz Bakker (50) mede schepen, wijders Jan Willemsz Jonker (75), Lambert Willemsz Keijer (71) oud schepen en gewesene schaarmeester alhier, Claas Jacobsz
Schram (70) oud schepen alhier, Jan Jansz Swart (69), Jan Lambertsz Prins (67), Jacob Lubbertsz Baas (68), Claas Pietersz Goijer (67), Wessel Dirksz (64 Jaren), Jan Claas Dirksz (60 Jaeren), Lambert Willemsz Spilt (55) Jacob Harmensz (58)
gewesen schaermeester deses dorps, Rut Perk (55) oud schepen & laastelijk Dirk Hertog (50) gewesene schaarmeester deses dorps, alles erffGoijers, geboren en altoos gewoont hebbende en nog wonende binnen dese Dorpe Huijse exemt de voorn: Lambert
Willemsz Spilt die geboren is tot Lage Bussum alhier in Goijland, dog sijnde ook een erffgoijer en sedert veele Jaren mede gewoont hebbende en nog woonagtig alhier tot Huijsen
Dewelke alle gesamentlijk ter requisitie van de Buijrmeester van Blariucum en van de Buijrmeesteren van desen Dorpe enz. Betreft schaarrechten volgens oud gebruik
,
tr. (1)
met Adriaentje Lamberts Brasser,
tr. (3)
met Bijtje Gerrits .

Uit dit huwelijk:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Harmen*1714 Huijsen    
Gerrit*1716 Huijsen †1801 Huijsen 84